Woxikon / Verbos / Neerlandés / P / paraisseren

NL Conjugación en Neerlandés de paraisseren

Total de formas verbales: 52
Imperativos y participios
Tegenwoordig en verleden deelwoord paraisserend
Tegenwoordig en verleden deelwoord geparaisseerd
Tipo ik jij hij/zij/het wij jullie zij
Presens paraisseer paraisseert paraisseert paraisseren paraisseren paraisseren
Imperfect paraisseerde paraisseerde paraisseerde paraisseerden paraisseerden paraisseerden
Toekomende tijd I zal paraisseren zult paraisseren zal paraisseren zullen paraisseren zullen paraisseren zullen paraisseren
Conditionalis I zou paraisseren zou paraisseren zou paraisseren zouden paraisseren zouden paraisseren zouden paraisseren
Perfectum heb geparaisseerd hebt geparaisseerd heeft geparaisseerd hebben geparaisseerd hebben geparaisseerd hebben geparaisseerd
Voltooid verleden tijd had geparaisseerd had geparaisseerd had geparaisseerd hadden geparaisseerd hadden geparaisseerd hadden geparaisseerd
Toekomende tijd II zal geparaisseerd hebben zult geparaisseerd hebben zal geparaisseerd hebben zullen geparaisseerd hebben zullen geparaisseerd hebben zullen geparaisseerd hebben
Conditionalis II zou hebben geparaisseerd zou hebben geparaisseerd zou hebben geparaisseerd zouden hebben geparaisseerd zouden hebben geparaisseerd zouden hebben geparaisseerd
Imperatief - paraisseer - - paraisseert -

Verbos similares a paraisseren

Verbos conjugados anteriores y posteriores a paraisseren

« paraisseren »

Otras acciones para paraisseren